afb. D. & B. Hoeks
De parochiekerk Sint Brigida te Geldrop beschikt over een kostbare zilveren reliekarm. De arm wordt een sprekende reliekhouder genoemd omdat de vorm ervan accordeert met het reliek, een bot van circa 30 centimeter lang, genomen uit de arm van de heilige Brigida, patroonheilige van de kerk. De buitenkant van de arm is plastisch uitgewerkt tot een geplooide mouw met omgeslagen boord. Hieruit steekt een sierlijke hand met drie licht gebogen vingers, waarbij wijsvinger en duim elkaar nipt raken. Het later aangebrachte handvat tegen de achterzijde, bedoeld om de arm als kusreliek (osculatorium) te kunnen gebruiken, doet enigszins afbreuk aan het verfijnde edelsmeedwerk van de arm. Dit pronkstuk is mogelijk vervaardigd in opdracht van de Duitse Orde, die van 1462 tot 1786 het patronaatsrecht van de parochie Geldrop bezat. De arm draagt de Bossche keurmeesterletter P van 1624-1624 en moet dus ontstaan zijn kort na het Twaalfjarig bestand. Deze luwte in de strijd werd door de katholieken in Brabant aangegrepen om hun heiligdommen, beschadigd door de beeldenstorm en krijgsgeweld, van nieuwe luister te voorzien. Vergeefse moeite, naar later zou blijken. In 1629 viel Den Bosch. Twee jaar later zagen ook de katholieken van Geldrop hun kerk door de Staten geconfisceerd. De arm werd tijdig gered en overleefde eeuwen. Misschien omdat men de houder naar waarde inschatte, mogelijk omdat men het belang van het reliek inzag. Niet voor niets werd het reliek door de Bossche bisschoppen Zoesius (1615-1625), Ophovius (1626-1637) en apostolisch vicais Den Dubbelen (1931-1851) onderzocht en geautoriseerd. | 158 |
A.M. Koldeweij, In Buscoducis : Bijdragen (1990) 467
A.M. Koldeweij, Zilver uit 's-Hertogenbosch (1985) 195 (nr. 60)
Léon van Liebergen en Wouter Prins, Deftige Devotie (2003) 158 (afb. 52), 159
J. van de Ven, 'Geldrop-Brigida' in: P.J. Margry, Ch. Caspers (red.), Bedevaartplaatsen in Nederland 2 (1988) 328-331